Kardinaal Eijk, kom naar Rolde

uit trouw 6 januari 2015
Het bisdom Utrecht verwacht dat er in 2030 nog twintig katholieke kerken open zijn in Gelderland, Overijssel en Utrecht (Trouw, 12 december). Nu zijn het er nog meer dan 300. Het bisdom gaat de kerken zelf, als eigenaar, sluiten als reactie op de snel toenemende ontkerkelijking.
Zou het geen goede gedachte zijn om de kerk te schenken aan de parochie?
De mensen uit die parochiale gemeenschap bepalen dan zelf of hun kerk openblijft. Als een kerkgebouw er alleen is voor een viering, is het eigenlijk alleen nog voor en van de mensen die daar komen.
De mogelijkheden van een kerkgebouw zijn echter veel groter en voor veel sociale doeleinden te benutten. Alleen al vanwege de rustgevende sfeer en de akoestiek van een kerk. In mijn dorp staat een kerkgebouw dat eigendom is van de protestantse gemeenschap. Ruim twintig jaar geleden zag het toenmalige kerkbestuur in dat het maatregelen moest nemen om het gebouw uit 1457 te behouden. Daarom werd toen een werkgroep in het leven geroepen. Deze werkgroep heeft hier ook niet-kerkelijken bij betrokken en ook de katholieke gemeenschap maakt gebruik van de kerk.
Maar het belangrijkste is dat er nu tal van activiteiten plaatsvinden: concerten, zinnige zondagavonden met gerenommeerde sprekers over tal van onderwerpen, de jaarlijkse boekenmarkt en de kerstmarkt. De kerk is nu veel meer dan een plaats waar gelovigen samenkomen; het is het middelpunt van het dorp geworden. Financieel gaat het goed en zelfs de bezoekersaantallen bij kerkdiensten van protestanten en katholieken zijn al jaren constant.
Over en weer bezoeken katholieken en protestanten elkaars vieringen. Samen onderweg en omzien naar elkaar werkt. En dan blijft een kerk midden in het dorp staan, een gebouw waar mensen iets mee hebben.
Ik ga niet naar een kerkelijke viering om daardoor meer kans te hebben op het hiernamaals, maar om aardige mensen te ontmoeten en als het uitkomt met hen na de viering een kop koffie te drinken. Het zijn veelal mensen die open staan voor de noden in de wereld. Eens per maand is er een stand van de Wereldwinkel en Amnesty International en ook zijn er regelmatig inzamelingen voor de voedselbank.
Kardinaal Eijk, voordat u maatregelen neemt om mensen een vorm van gemeenschapszin te ontnemen, kom naar Rolde. Het is nog net niet het paradijs, maar het grenst er wel aan.

Fietsen in de regen

Fietsen in de regen

Vandaag hebben we pech het regent. Maar mijn maat en ik hebben daar geen boodschap aan. Fietsen zullen we. Onderweg naar het startpunt is het grijs en
de ruitenwissers doen hun werk. Ons punt van vertrek is de parkeerplaats bij het
gevangenismuseum in Veenhuizen. Mijn maat heeft thuis een route op papier gezet
middels knooppunten. Omdat we niet direct de juiste nummering vinden richting
Fochteloerveen besluiten we eerst door het dorp Veenhuizen te fietsen. We passeren
de huizen met de opvoedkundige teksten,om vervolgens langs de kerken te fietsen,
over normen en waarden gesproken. Ze zijn hier in steen gehouwen. We steken de weg en het water over en komen via een zandpad op het fietspad richting Fochteloerveen .
Het is zo”n dag waarop iedereen die er niet uit hoeft lekker bij de kachel zit. Bij onze koffiestop hebben we geluk. Drie stoelen staan daar zomaar aan de rand van een weiland. Met een theedoek maakt mijn maat de stoelen droog en ondanks het grijze weer voelt dit als een cadeautje. Het is wel grijs en nat maar de temperatuur is 10 graden op 18 december .De koffie smaakt dan ook uitstekend. Ik trek een regen broek aan en heb daar moeite mee. De spieren worden stijver en dat is merkbaar met moeite kom ik in de broekspijpen. We komen door dorpen waar nog een enkele winkel open is en hier en daar bij wat eens was ” de trots van het dorp ” de Rabobank ,staat nog een pinautomaat.
Waskemeer,Bakkeveen,Haulerwijk dorpen op de grens van Drenthe en Friesland. De voertaal is hier Stellingwerfs , een apart soort Drents. Verder gaat het langs alweer een kanaal we komen geen mens tegen. De vraag is dan waarom doen we dit ? Heel kort ?
Om onze conditie op peil te houden. We lunchen ergens op een bankje bij een boerderij terwijl het gestaag door regent. Een mountainbiker passeert en hij groet het
is het enige levende wezen op drie reeën na die we deze dag gezien hebben. Als we weer in Veenhuizen arriveren is de parkeerplaats leeg,vandaag zijn er geen bezoekers. Gelukkig zien we een spandoek
waarop staat 28 december Landlopersdag. Reken maar dat het dan druk zal worden.
Want wij Nederlanders houden van minima,vluchtelingen, daklozen en …” namaak landlopers” in deze Kersttijd. Vroeger heette dat solidariteit tegenwoordig is het om een warm gevoel te krijgen bij ” goed doen”

Herfst in Drenthe

Herfst in Drenthe

Op deze herfstochtend parkeren we de auto in Pesse bij de school.
We halen de fietsen van de auto en het miezert , een echte regenbui is het niet.
Daarom trekken we toch onze regenbroeken aan. We fietsen de hoek om bij de
Coöp en passeren een boekenstalletje dat nog dicht is waar de boeken maar
0,50 kosten. Via wat nieuwbouw komen we op mooie slingerwegen die bestraat zijn
met oude klinkers. Onverwacht fietsen we tussen twee vennetjes door, even verder
grazen de limousine koeien. Het verschil tussen die koeien en mij : zij weten niet dat ze binnenkort dood zijn , ik wel. Middels een vee rooster passeren we even daarna de
spoorlijn. We komen in plaatsjes als Stuifzand,Siberië en Nieuw Moscou . Ondanks dat het nog steeds miezert doet de omgeving leeg maar toch weldadig aan, dus zomers
moet het hier paradijselijk zijn. Er is geen kip op de weg en we drinken koffie op een
plek waar we onder de bomen geen last hebben van de regen en toch een fraaie doorkijk over het landschap hebben. De koffie smaakt onder deze omstandigheden
dan ook erg goed. We neuzelen wat over de vastgeroeste gewoonten bij overheids-
instellingen. Ondanks dat we er zelf deel van hebben uit gemaakt weten we de zwakke
plekken feilloos op te noemen. Och ja oude mannetjes die in de herfst van hun leven
toch nog willen invullen hoe als het had moeten zijn. Natuurlijk hebben we beiden de ergernissen over ” de mannetjes” die er altijd de kantjes van aflopen. We kunnen het ook letterlijk en figuurlijk uit tekenen. We sluiten dit item af met de opmerking dat het
allemaal veel beter en anders kan en zou moeten. Verspilling van overheidsgeld is ook een vorm van diefstal vinden wij. In het dorp Elim maken we een stop bij de plaatselijke
supermarkt,reden ik heb mijn brood vergeten. Gelukkig hebben ze deze week croissants met diverse soorten beleg en ook nog in de aanbieding. Met twee broodjes
kaas ben ik gelukkig. Een half uurtje later stoppen we voor onze lunch,we hebben een
fraai uitzicht over het laagveen. In mijn gedachten zie ik hier nog de turfstekers die
hier aan het begin van de vorige eeuw in deze moerassige velden hun brood moesten verdienen. Ondertussen had ik mijn croissantjes uit het plastic gehaald en een er van
eerlijk geruild met mijn fietsmaat voor een echte boterham met kaas. Want waren we
de supermarkt niet tegen gekomen dan had hij zijn brood met mij gedeeld,dus nu deel
ik of beter gezegd ruil met hem. Hierna vervolgen we onze tocht via Hollandse Veld
en Hoogeveen. Even buiten Hoogeveen zien we prachtige auto”s geparkeerd, ze zijn van de golfers die hier op Martensplek hun sport bedrijven. Tja auto”s van sjoelers bij
de Boerhoorn in Rolde als daar een sjoeltournooi is zien er heel anders uit…merendeel
Golfjes. Ja je hebt fietsers,golfers en wandelaars in de open lucht naast sportscholen
en sporthallen voor binnensporters. Mijn maat en ik hebben het er over en we zijn het eens , onze sportschool is buiten op de fiets en zolang het kan zonder ondersteuning.
Ondertussen naderen we Pesse al weer , we nemen nog een banaantje tegen de hongerklop en hebben er weer 50 km op zitten , we kijken vandaag ondanks dat het
nat was met een tevreden gevoel terug ..Drenthe in de herfst is ook mooi .

Zwolle stad van mijn dromen

Zwolle stad van mijn dromen

Alles wat in deze tijd uit Zwolle komt lijkt te veranderen in goud. PEC Zwolle,
Werkgelegenheid, het boek Papegaai die over de IJssel vloog, van Kader Abdolah.
Wat veel mensen niet weten is dat aan de andere kant van de IJssel eigenlijk
het paradijs bestaat. Bij de brug tussen hoop en vrees , zo genoemd door Jan Terlouw
in zijn boek Oorlogswinter , later verfilmd ligt veel aan verhalen uit mijn jeugd.
De Noord Veluwe het paradijs ? Als ik citeer wat de Engelsman Charles W. Wood in 1877
beleefde aan de treinreis tussen Amsterdam en Zwolle lijkt dat bewaarheid te worden.
Hij schrijft : Binnen weinige minuten is er een halte te Wezep; blijkbaar een zeer onbetekenende plaats , dewijl hier niemand anders uitstapt dan een aanplakker : mogelijk om op heide een waarschuwing aan te plakken voor reizigers om niet in deze
woestenij te verdwalen. Wij komen spoedig in een beschaafder streek. Voor de eerste maal zien wij mannen en vrouwen dicht bij ons op het veld werken. Terwijl de trein zijne snelheid vermindert , merken wij hunne Hollands-Chineese gezichten op. De vrouwen
zijn sterk en kloek; de mannen die over het hek leunen , met spaden en houwelen, zien er kort en niet geheel volwassen uit. De trein houdt te Hattem stil. Van dit punt af,zijn er meer tekenen van leven ; welige weilanden ter wederzijde; eene weelde van groei en plantengroei , waarmede niets wat wij nog in Holland gezien hebben, in vergelijking komt. Het oog verheldert, hart en geest worden verruimd, nu wij die soort van schoonheid weerzien,die ons zo lang onthouden is geweest. “t Is voedsel voor eene verhongerde ziel. Men zou wenschen dat de trein stilhield, om op zijn gemak dit genot te smaken : een vluchtige blik is latvolstrekt niet genoeg. Wit en zwart gevlekte koeien grazen bij groepen; zij zijn niet alle bij elkaar; waarschijnlijk hebben zij haar verschil van rang en stand en politieke gevoelens . Grote en bloeiende boerderijen zijn hier verspreid. Een paar nieuwerwetse kerken met dunne spitsen vertonen zich, benevens draaiende windmolens; in de verte rijen bomen, zoo als wij , wat grootte en schoonheid betreft , nog niet gezien hebben; naderbij wilgen, met hunne lichtgrijze, ritselende bladeren. Wij gaan over eene prachtige brug, die den IJsel overspant, welke oppervlakte door vele vaartuigen wordt verlevendigd, wij komen tuinen voorbij die er als parken ( Engelse Werk .red) uitzien en een zuidelijk klimaat bijna eer aangedaan zouden hebben ; en de trein houdt te Zwolle stil.
Tot zover het relaas van deze Engelsman in1877 over mijn geboortegrond…
Het is dus echt iets bijzonders daar aan de IJssel. Er ligt nu sinds enkele jaren een nieuwe spoorbrug , de brug die Charles Wood beschreef is er niet meer . Wat er nog wel is zijn de weilanden , deels volgebouwd , maar er is ook nog groen en ook de dunne spits van de katholieke kerk , nu vervangen door een jongere uitgave is nog steeds zichtbaar . Ook wilgenbomen staan er nog. Het was en is
het landschap waar cultuur en natuur naadloos in elkaar overlopen. Het verhaal
geeft aan station Hattem, maar dat is Hattemerbroek .
Bij het voormalige station was ook een café en dat werd bestierd door een ver familielid . De oude Zuiderzeestraatweg liep en loopt dwars door de dorpen
van Zwolle naar Amersfoort. In 1970 kwam de A 28 met de nieuwe IJsselbrug,
een brug zonder bogen , hierdoor werd de weg door de dorpen ontlast. Maar raakten
ook benzine pomphouders en hotel- café bedrijven brodeloos .
Tijden veranderen, oude bruggen worden vervangen maar de IJssel blijft stromen
door oneindig mooi laagland en Zwolle ? Het blijft de stad van mijn jeugd toen
de grote namen bij PEC Gerrit (Gaitie) Voges en Jopie Schuman waren en natuurlijk
was er Henny van Nee van Zwolsche Boys die als hij weer eens teveel showvoetbal
speelde werd terug gefloten door de supporters ” van Nee doe normaal, jij komt ook maar van de Kamperpoorte” . En natuurlijk onvergetelijk de Turfmarkt met de watertoren waar ik eens per jaar naar het circus mocht. Zwollenaren zijn mensen die
a la Ron Jans’ zeggen doe maar gewoon dan doe je gek genoeg.

Vis als bonus

Vis als bonus

Koud en ook nog wind tegen. Het is vrijdag 28 november 2014.
Mijn fietsmaatje Robert en ik besluiten koers te zetten naar het Noorden maar we
bemerken dat we eigenlijk West gaan als we op het Balloerveld de wind mee
hebben. Er is nauwelijks iemand onderweg als we in Taarloo richting Tynaarloo
gaan. Gelukkig hebben we handschoenen aan en een muts op , dus echt kou lijden we niet. Op een mooie brink in Tynaarloo hebben we onze koffiestop. We hebben geluk
er staat een stevige splinternieuwe picknick tafel. En de planken zijn lekker droog.
Als we rond kijken zien we mooie boerderijen die we wel willen kopen , maar ja als de
bank geen geld wil geven,wordt het niks. We filosoferen er over om zelf een lokale bank te beginnen. Koopman en Koenen of te wel K&K . We gaan het plan nog verder uitwerken en komen hier aan de keukentafel zeker op terug.Bij de zandafgraving even
buiten Tynaarloo draaien we een fietspad op dat later overgaat in een geasfalteerd
landweggetje dwars door een mooi natuurgebied. Middels een mooi zandpad bereiken
we Zuidlaren. Bij het binnenrijden zien we enkele niet erg aansprekende campings, zo
wie zo zien campings in de herfst er anders uit dan in de zomer maar dit aanzicht doet wel erg rommelig aan. Mijn maat stelt voor om via het centrum van Zuidlaren te fietsen
en dan een visje te verorberen bij de visboer. En waarachtig er staat een visboer , het is vrijdag. We kijken even op de promotie bulletins en lezen dat er ook gebakken kabeljauw is. Dus bestellen we dat. Ondertussen staan er voor ons nog twee klanten,
en met een van hen gaan we het gesprek aan. Een zeventiger zegt hier elke dinsdag en
vrijdag een gebakken visje te komen eten. Voor al de grootte en de kwaliteit van de vis
bevalt hem. Er is een sta tafel en even later geniet deze vaste klant van zijn visje.
We watertanden al want het is een beste vis en er lekt geen olie uit. Na een tijdje komt
de vrouwelijke visboer ons de vis met kruiden erop brengen. Het is echt de mooiste vis die ik ooit bij een viskraam heb gezien en de smaak is goed , hier komen we zeker terug. Deze warme welkome bonus op deze verder gure dag is het hoogtepunt van
onze tocht door het Drentsche Aa gebied. We fietsen verkwikt verder richting Annen,
bij Schuilingsoord duiken we achter langs en via een fiets viaduct komen we in het
Kniphorstbos. Een geweldige nieuwe villa passerend bij Schipborg fietsen we langs de
Drentse Aa naar Gasteren. Bij de volgende stop hoeven we niet meer te lunchen,Robert
neemt nog even medicijnen en ik drink wat chocomelk , verschil moet er wezen.
Na Gasteren passeren we het Musschenhotel en slaan direct daarna af naar het
Balloerveld. Bij de schaapskooi hebben we nog even een gesprekje met Albert Koopman ( geen familie) . Het woonhuis is klaar en hiernaast wil hij nog even
een verharding aanbrengen dan kan Geert Valk als hij op bezoek komt daar zijn kar
stallen…wel een beetje uit het zicht , dat weer wel. Tegen goed twee uur zijn we terug
in Rolde ..alweer bijna 50 km gereden..en deze keer komen we niet bezweet thuis.
Het was weer een gedenkwaardige dag..dat wel.

Zwarte zwanen

Mijn vakantie bestaat deze prachtige zomer uit fietsen met vrienden en familie.
Vandaag doe ik met een vriend ‘rondje IJssel’ bij Zwolle.
We halen de fietsen van het rek bij de uitspanning het Engelse Werk aan de IJssel in Zwolle. Het fietspad leidt ons onder de IJsselbrug door naar het Katerveer in Spoolde. Het is voor mij ook een nostalgische tocht . Bij het Katerveer werd mijn moeder geboren en drie kilometer verder in Hattemerbroek mijn vader. Zelf ben ik daar ook geboren en heb daar mijn jeugd doorgebracht. Mijn ouders waren kinderen van een bakker-kruidenier. Op de Zalkerdijk nabij Westenholte hadden we een koffie-stop. We waren nog niet van de fiets of daar stapten twee ons tegemoetkomende mannen van de fiets. Ze waren duidelijk uit op een praatje. Een van hen stak onmiddellijk een hand uit en stelde zich voor als Jos uit Hardenberg zijn broer uit Ommen was iets ingetogener, maar hij reed dan ook op een Union fiets van veertig jaar oud. We wisselden wat fietserslatijn uit en toen gingen de mannen onder aan de dijk hun pauze houden. Toen we die richting uitkeken zagen we wat zij ook zagen: Zwarte Zwanen met hun jongen in de poel die daar was. “Tja” zei mijn vriend, “Op zwarte zaterdag zwarte zwanen zien, duidt dat ergens op?” Ik denk dat het toeval is. Zo filosoferen we al koffie drinkend op het bankje op de dijk wat door. Toen we weer onderweg gingen reden we de kant op van Hasselt en dat was niet de bedoeling dus maakten we rechtsomkeer. Even later fietsten we weer richting Kampen. Bij het theehuis waar we ons moesten melden voor de veerpont naar Zalk kwam de veerman ons al tegen. Een jongeman van even in de twintig schat ik. Op de pont waren zes mede passagiers met fietsen, waarvan een echtpaar met veel bagage, ze waren onderweg naar Santiago de Compostela.
Omdat ik dezelfde tocht had gemaakt kon ik ze nog enkele tips meegeven zoals in Frankrijk je bidons vullen op het kerkhof en in Spanje staat in elk dorp wel een kunstwerk met stromend water. Dorst hoefden ze dus niet te lijden.
In Zalk keek mijn vriend zijn ogen uit , wat een rust en wat een mooi natuurlijk dorp. In dat natuurlijk had hij wel gelijk want een decennia geleden woonde hier Klazien die regelmatig de tv haalde met haar natuurlijke geneesmiddelen voor allerlei kwalen. En rust dat klopte ook wel,op een tot terras omgebouwde bakkerij is er verder geen middenstander te vinden. Na een rondje om de kerk gingen we weer de Gelderse Dijk op. Tussen de twee IJsselbruggen hadden we een korte stop.
Hier staat een monument voor acht mannen die hier in april 1945 waren geëxecuteerd. Op deze wonderschone fietsdag met volop herinneringen fietste ik even later langs de school uit mijn jeugd. Het schoolplein met de tegels uit de jaren vijftig en ook het gebouw staat er nog. Het is tegenwoordig in gebruik als jeugdsoos. Verder op in het dorp Hattemerbroek is onze kruidenierswinkel die nu in gebruik is als kringloopwinkel maar de bakkerij er naast is nog volop in bedrijf en heet ook nog steeds bakkerij ‘de Hoop’. Het is overgenomen door een van de nazaten van een collega uit Wezep.
Verder gaat het langs het sportveld van mijn oude voetbalclub en dan fietsen we over de Wezepsche Heide. Alles ruikt nog als vroeger, het verschil? We pikken een terras in Hattem waar het vol zit met vakantiegangers en dagjesmensen, terrassen zijn de luxe van deze generatie en we vinden het heel gewoon… maar is het wel zo
gewoon ? Vakantie toen en nu een wereld van verschil. En toch prefereren we net als toen de fiets als vervoermiddel.

Langs de lijn

Wat lijkt dat alweer lang geleden. Te lang wat mij betreft, ik heb jullie gemist. Wat hebben we veel bij te praten, ik weet bijna niet waar ik moet beginnen. Er is ontzettend veel gebeurd in de afgelopen jaren en ik hoop dat het jullie goed gaat. Waar heb je het over als je iemand die je graag ziet, een lange tijd niet hebt gesproken? Grijp je naar de grote onderwerpen? Of begin je met de kleine, toch niet onbelangrijke details in het leven?
Misschien is het wat om te beginnen met wat me op dit moment bezig houdt. U weet natuurlijk dat ik in de gemeenteraad zit en dat de verkiezingen voor de deur staan. Ik zou u dan ook graag een stemadvies willen geven, maar ja, dat mag natuurlijk helemaal niet. Ook zou ik graag willen vragen hoe de column van de burgemeester u bevalt, maar ja dat doe je natuurlijk ook niet.
Ook zou ik willen vertellen over het boek “Langs de lijn” die ik afgelopen zaterdag heb uitgebracht. Het boek ik nu zelfs te koop op verschillende plaatsen in de gemeente Aa en Hunze, let u maar op in de buurtsupers en in verschillende cafés. Maar reclame maken in je eigen column, dat doe je ook niet.
Dan zou ik het wat persoonlijker kunnen houden en aan u vertellen wat een avontuur het was om dit te boek maken. Over de samenwerking tussen mij en mijn dochter en hoe geweldig dit ging. Ik wil ook best toegeven dat het ook wel eens tot vuurwerk leidde. Maar ja, hoe mooi is het dat je stiekem toch erg op elkaar lijkt?
En wat was het geweldig om zoveel mensen te mogen begroeten op de boekpresentatie. Ik zou willen zeggen hoe trots ik ben op mijn vrouw en kinderen, omdat we zo’n mooie dag hadden samen. Maar ja, als import-Drent heb ik geleerd dat je hier niet pocht over jezelf.
Wat ik natuurlijk wel kan zeggen is hoe ik weer heb genoten van alle gesprekken die ik de afgelopen weken met verschillende mensen heb gevoerd, onderweg of aan de deur. Het blijft voor mij als socialist geweldig om in de politiek te zitten. Op deze plek kunnen veel mensen je bereiken en in de gemeentepolitiek kun je ook nog eens echt iets voor mensen betekenen, als je maar blijft luisteren en blijft praten. We zullen het vast niet over alles eens zijn, maar dat hoeft wat mij betreft ook helemaal niet. Het houdt de relatie ook lekker spannend.
De mens gaat bij mij boven bureaucratische systemen en u weet dat ik niet terugdeins voor argumenten omdat het nou eenmaal zo ‘heurt’. Want hoe heurt het eigenlijk? Ik denk dat “het heurt” dat wanneer we samen leven in een gemeenschap, we best wat voor elkaar kunnen betekenen. Dat kan in de zin van vrijwilligerswerk, maar een kopje koffie drinken met de buurvrouw toont wat mij betreft ook al betrokkenheid.
Ach, en ik ben ook maar een mens, ik zal me blijven verwonderen, ergeren, genuanceerde en ongenuanceerde mening hebben en houden. Ik nodig u van harte uit om dat af en toe eens te lezen op www.gerard-koopman.nl.
We komen elkaar vast nog eens tegen.

Wilt u het boek ook op uw boekenplank?
www.uitgeverijkoopmaninvorm.nl

Boek Langs de lijn

Langs de lijn - Gerard Koopman

Zaterdag 8 maart is het boek met de mooiste columns verschenen. De boekpresentatie was een groot succes, en we hebben al vele leuke reacties mogen ontvangen.

Wilt u ook een exemplaar bestellen? Bestel via de website www.uitgeverijkoopmaninvorm.nl of haal een exemplaar bij de Boerhoorn in Rolde of Hegeman in Schoonloo. Vanaf maandag 10 maart is het boek ook bij de C1000 in Rolde te verkrijgen.

Ik ben benieuwd naar uw reactie!

Wijhe

Wijhe was in de jaren 60 van de vorige eeuw een slaperig dorpje langs de IJssel…
Met wat vleesverwerkende industrie van o.a. Meester maar sinds het boek van Joris van Casteren over “Het been in de IJssel” uit is, is Wijhe een toeristische trekpleister van jewelste. Het kan veranderen, dat is andere koek dan in de jaren 60 toen het dorp nog 2 voetbalclubs kende, een neutrale en een katholieke. Ze speelden ook nog allebei op zondag, ze zijn dan ook in de jaren 80 samengegaan. Enkele namen uit die tijd herinner ik me nog: de vertegenwoordiger van Meester, Gait v.d. Bend en de jongens Beltman.
Henk was een begenadigd schaatser die net de top niet haalde en Wim een zeer aimabele kameraad op de Mulo die ook nog eens goed voetbalde. Wij, de jongens van de R.K. Jongens MULO voetbalden elke pauze op de parkeerplaats van de Veemarkt, waar nu de IJsselhallen staan. Toen we eens tegen IJssel Boys voetbalden deelde Olyhoek alle eetbare spullen uit bij de kiosk op dat voetbalveld. “Alstjeblieft jongens, eet maar op.” Chips en marsen werden ons deel.
Nee het Wijhe van nu is bekend van de Snackwagen van Elles, de doodgraver Loozeman, gemeente-ambtenaar Erna Flierman en de dames Hulleman en Krijgsman van de VVV. Zij hebben dankzij hun medewerking die elke Sallander op ongedwongen wijze geeft, Wijhe voorgoed in positieve zin op de kaart gezet. Waar een been in de IJssel al niet toe kan leiden. Hier in Salland spreekt men het Neder-Saksisch dialect waarbij de ie veelal als ee wordt uitgesproken breef i.p.v brief en de ij als een ie (ciefer i.p.v. cijfer) en als ze alstublieft bedoelen zeggen de Wijhenaren astoebleef, als ze zeggen ” t Is mie kaatje egaal” bedoelen ze zo iets van “Het maakt mij niet uit”.

Wat wel uitmaakt in het boek “Been in de IJssel” is de vinder van het been. In het boek staat dat iemand anoniem had gebeld dat hij het been had gevonden, maar er verder niets over kwijt wilde. Bij een boeken signering door de schrijver in Wijhe liep het storm, aan het eind van de sessie kwam er een man naar Joris van Casteren en zei ” Wat er op blz 37 staat klopt niet, want ik ben de man die het been gevonden heeft en ik heb u nooit gebeld. Deze man Joop Mekers had het been gevonden, hij kwam oorspronkelijk uit de Nul maar woonde nu in Wijhe. De schrijver beloofde dit in de volgende druk recht te zetten. Veel plaatsen in Nederland zouden ook graag op deze wijze in het nieuws willen komen… want soms is een been of een man van eminent belang voor een dorp, het dorp Grolloo in Drenthe zou nooit die roep hebben als daar niet een tijdje Harry Muskee met zijn band had gerepeteerd in een boerenschuur. Van nu af hoort ook Wijhe dankzij de schrijver Joris van Casteren in dat rijtje thuis. Wijhe aan de IJssel het dorp waar het station “een reep beton” is volgens de schrijver, op zijn Sallands – Wieje – het gao je goed!

Blijdschap

We fietsten in Limburg door het heuvel landschap, het begon zachtjes te regenen en we schuilden onder een soort baander in een dorp. In dat dorp Bruiserbosch waren mannen ijzeren staven in de grond langs de weg aan het
zetten. Ik vroeg aan een gezette jongeman wat voor evenement hier plaats zou gaan vinden, hij zei: “Morgen is hier processie, de schutterij en de fanfare gaan dan het Allerheiligste naar Sint Geertruid brengen 4 kilometer verder
om te bidden voor een goede oogst.” “Een eeuwen oud gebruik.”

Ja, Limburg en processies, je weet dat het bestaat, maar hoe en wat, je hebt het nooit meegemaakt, en deze optochten staan ook in geen enkele VVV folder… Het zou toeristen in deze moderne tijden kunnen afschrikken. We fietsten verder en maakten een mooie tocht over het plateau van Margraten met op elke hoek wel een kruis en in elk gehucht waar geen kerk stond was altijd nog een Maria-Kapel of iets van dien aard. De volgende morgen overlegden we met mijn broer en schoonzus wat te doen op deze zondag. Die jongen in Bruiserbosch had gezegd dat de Processie na de open lucht mis tegen 12 uur vandaar zou vertrekken naar Sint Geertruid. Dus eerst op naar Bruiserbosch een gehucht met amper 100 inwoners, Sint Geertruid heeft er 1000. Na de auto ergens in de berm geparkeerd te hebben lopen we naar het dorp. Precies op dat moment hoorden we de fanfare, even later stonden we naast de inwoners om de processie aan ons voorbij te laten gaan. Je weet niet wat je ziet… Voorop de schutterij met in hun midden de koning en koningin van dit jaar, hierna heel veel groepen kinderen in allerlei religieus getinte uitdossingen… dan de Fanfare met wel zo’n 100 muzikanten. Dan gewone mensen en dan een hele schare jongeren in de leeftijd van 16 tot 25 jaar. Deze jongeren straalden uit dat ze trots en blij waren tot deze gemeenschap te behoren zichtbare blijdschap alom en bij elke groep een voorbidder, die hardop afwisselend het eerste deel van het Wees Gegroet bad, waarna allen ook de toeschouwers het tweede deel uitspraken. Ongekend het christelijk gebed op straat, dat dit nog bestaat en dat deze mensen de katholieke cultuur hoog houd ontroerde mijn schoonzus tot tranen toe. En eerlijk gezegd mijn vrouw en mij ook. Nee, zo iets zullen we in Rolde nooit meemaken. Het maakte deze zondag tot iets speciaals en van binnen blij.